donderdag 8 november 2012

Verjongingskuurtje met herfsttijloos? Hier Medea’s recept.


Medea was de dochter van de koning van Colchis, een oud rijk aan de oostkust van de Zwarte zee.
Zij  was kleindochter van de zonnegod Helios, nicht en leerlinge van de tovenares Circe, priesteres van Hekate, tovenares en een zeer wijze vrouw, die alles wist van geneeskrachtige, en vooral ook giftige kruiden die groeiden aan de voet van de Kaukasus. De tragedieschrijvers Euripides en Sophocles schrijven in de vierde eeuw voor Christus over haar. Zij werd verliefd op de Griekse held Jason, en hielp hem het Gulden Vlies (een bijzondere, vereerde Goddelijke schapenvacht uit de Griekse oudheid)  te stelen uit haar land, waarna zij met Jason vluchtte naar Griekenland. Ook daar zette zij haar grote kruidenkennis in.  Zij hielp de oude vader van Jason, Aeson met een verjongingskuur. Dit deed ze zo: Met de hulp van haar kruiden, die ze uit Colchis had meegenomen, bracht zij  hem in slaap en sneed hem daarna in stukken. De stukken deed zij in haar kookpot waarin zij een verjongingsdrank had gemaakt. Eén belangrijk ingrediënt was Herfsttijloos of Colchium, genoemd naar Colchis, waar Medea de plant vandaan had. (Ook wordt er verteld dat de bloem ontstond uit druppels gemorste drank.) Hoe dan ook: de drank werkte fantastisch. De in stukken gehakte oude koning sprong als uit één stuk weer uit de ketel: veertig jaar jonger! Dat wilden Jasons nichtjes voor hun eigen oude vader, de slechterik Pelias ook wel. Deze oom van Jason maakte ook aanspraak op de troon. De nichtjes vroegen aan Medea of zij ook hun vader kon verjongen. Zij hakten hem alvast in stukken, maar helaas, hier  werkte de toverdrank van Medea niet. Toen Medea vluchtte, barstte haar zak met kruiden open. De zaden verspreidden zich over Griekenland, waar sindsdien de geneeskrachtige kruiden ook groeien.
Medea werd het prototype van de heks. Ze had ook het prototype van de wijze geneesvrouw kunnen worden, die wonderen kon doen.
Herfsttijloos is nog steeds een heel bijzondere bloem. Zij is door haar geschiedenis, gebruik en bloeiwijze verbonden met de ouderdom en wedergeboorte. Echt een bloem van Hekate, de drievoudige Godin, die jong, volwassen en oud in zich verenigt, en dus als het ware tijdloos is. In de litanie van Loreto, waar ik in mijn artikel ‘de spirituele betekenis van  bloemen’ over schrijf, wordt herfsttijloos verbonden aan één van de titels van Maria, namelijk: Vas Spirituale: Geestelijk Vat.
De bloem (bol en zaden) werd vroeger wel als geneesmiddel gebruikt tegen vooral jicht, maar ook bijziendheid. Typische ouderdomskwalen. Maar ook wordt de plant gebruikt om te vernieuwen. Nog steeds is een stof uit de plant in gebruik om iets met de cellen van planten te doen, waardoor er nieuwe plantenvariëteiten kunnen ontstaan. Ook is onderzocht of deze stof in te zetten is in de bestrijding van kanker. Je begrijpt, de plant is wel behoorlijk giftig!  Niet iets om mee te experimenteren.
Maar er is nog veel meer wat me is opgevallen aan deze plant. Haar naam heeft zij te danken aan haar manier van bloeien in de herfst en haar uiterlijk: net een krokus, een lentebloem!  Tijdloos werd verbasterd tot Tijloos.
Deze bloem doet iets bijzonders met de tijd. Zij bloeit in de herfst, maar de vruchten, het zaad, waar de nieuwe plantjes uit kunnen groeien, ontwikkelen zich in het verborgene, onder de grond, in de bol in het donkerste jaargetij, rond kerst. In de lente groeien dan de bladeren en komen de zaaddozen boven de grond. Een omgekeerde cyclus in de seizoenen dus van hoe het meestal gaat met planten. En: lijkt een bloembol bol niet een beetje op een kookpot?  Is het proces van bevruchting, en het ontstaan van nieuwe vruchten met zaad niet te vergelijken met het in slaap brengen en in stukken hakken van de oude koning die na een tijdje als herboren weer uit de ketel (of uit de bloembol) springt?
Wat een diepe kennis van Medea, die als priesteres van Hekate ook vroedvrouw was, en dood en geboorte met elkaar verbond.
Nu we steeds meer weten over sjamanisme als een geneeswijze, die vast ook in het oude Griekenland bekend was, kan het natuurlijk ook nog zijn dat Medea’s werk als een sjamanistische handeling gezien moet worden. De beleving in stukken gesneden te worden en daarna weer als ‘heel’ tevoorschijn te komen, komt vaker voor als sjamanistische trance-ervaring. In dat licht is het ook niet zo vreemd dat een bloem, met deze bijzondere bloeiwijze, een soort magische representant van de koning kan zijn. Een beetje zoals een voodoo-poppetje. Met het verhaal over Medea krijgen we dus ook een kijkje in de keuken van een legendarische vrouwelijke sjamaan.